Groot, groter, … en nog groter?


Northwester 2, het volgende Belgische offshore windmolenpark, zal binnenkort de grootste windturbines ter wereld als eerste in gebruik nemen. V164-9.5MW is de naam, gebouwd door het Deense MHI Vestas. Maar ze zullen niet lang de grootste zijn, de eerste double digit turbines (10 MW of meer) zijn al in aantocht. De groei op vlak van windturbines is enorm, en dat mag je letterlijk nemen. De V164-9.5MW heeft bladen van 80m en is op zijn hoogste 220m. Omgerekend zullen de bladen een oppervlakte van meer dan 20 000 m² bestrijken, ofwel 4 voetbalvelden.

Best spectaculair hoor ik je denken, maar toch even een rekensommetje om wat perspectief te geven. Vorige week hadden we het over kernenergie. Als we nu een grote kernreactor zoals Doel 3 of 4 willen vervangen door deze gigantische windturbines, hoeveel hebben we er dan nodig? Neem een vermogen van 1000MW voor zo’n kernreactor om het makkelijk te maken. Delen door 10 MW per windturbine geeft er al 100. Maar een windturbine draait niet altijd. Omgerekend draait een windturbine ongeveer 30% van de tijd aan maximaal vermogen, dit geeft nog eens een factor 3 extra. In theorie heb je dus 300 van deze reuzen nodig om 1 kernreactor te vervangen, toch best veel. En dan buiten beschouwing gelaten dat het in de praktijk nog wat ingewikkelder wordt.

Het kan natuurlijk steeds groter, of niet? Tot nu toe was het maken van een krachtigere windturbine voornamelijk een kwestie van het bestaande model groter te maken. Maar daar zijn toch limieten. Het wordt gewoon té groot en té zwaar om verder te bouwen zoals dat nu gebeurt. Zo kijkt men in een rapport van EWEA al vooruit naar turbines van 20MW. Om een idee te geven: rotor diameter 252m, toren is 153m hoog en ondersteunt een massa van 880 ton bovenaan. Sommige componenten worden zo zwaar dat de huidige schepen, kranen en zelfs kades in de havens ze niet meer kunnen dragen. Ook het produceren van zulke grote en dikke componenten brengt verschillende uitdagingen met zich mee.

Kort samengevat, er zijn nog uitdagingen genoeg om de ingenieurs van vandaag en morgen bezig te houden. Ook nog even opmerken dat er naast windturbines nog veel andere technologieën zijn om de uitstoot van het productiepark naar beneden te brengen, maar daar heb ik niet genoeg plaats voor.