Een proefproject rond rekeningrijden doet heel wat stof opwaaien. Automobilisten zijn er geen voorstander van. Projecten in Stockholm en Londen tonen nochtans aan dat rekeningrijden de files vermindert en de milieu-impact van transport verkleint. Een steekproef van de VAB wijst echter uit dat slechts de helft van de Vlaamse pendelaars naar Brussel een alternatief heeft voor een auto; het openbaar vervoer is niet goed genoeg ontwikkeld om voor de andere helft hun woon-werkverkeer te voorzien. Veel van deze mensen zouden dus onterecht gestraft worden. Dit artikel legt uit wat rekeningrijden juist is en geeft voorbeelden van waar het concept rekeningrijden werkt. Een vraag van vele automobilisten is waar de opbrengsten van rekeningrijden naartoe gaan, ook dit aspect wordt even toegelicht. Om af te sluiten wordt het toekomstperspectief van rekeningrijden in België toegelicht.
Rekeningrijden
Rekeningrijden is een techniek die het gebruik van een auto gaat belasten, ofwel door middel van een heffing per gereden kilometer, ofwel door een heffing voor het gebruik van een bepaalde weg. Bij het aangekondigde proefproject in Vlaanderen betreft het de tweede soort: een tol.
Tolsystemen zijn verschillend per land/regio en hebben allen hun voor- en nadelen. Een eerste belangrijk aspect waar naar moet worden gekeken is welke de totale welvaart voor de gemeenschap maximaliseert. Deze hangt per tolsysteem af van de regio waar ze wordt gebruikt. Verder moet men rekening houden met de haalbaarheid vooraleer een prijssysteem geïmplementeerd kan worden. Overal tolpoortjes introduceren voor de Belgische snelwegen zal bijvoorbeeld niet zo gemakkelijk zijn. Tolsystemen kunnen vooraf meestal op heel wat weerstand rekenen vanuit de maatschappij, en worden vaak beter geaccepteerd na het in werking stellen van het systeem. We moeten dus op zoek gaan naar het beste onder de tolsystemen.
Een eerste systeem om tol te heffen is de uniforme tol. Deze tol bestaat uit één vaste prijs, ongeacht het uur en kan je heffen in de vorm van een vignet. Een voordeel hierbij is dat er geen gebruik moet gemaakt worden van tolpoortjes. Het is ook mogelijk om dit toe te passen voor een bepaalde duur tijdens de dag. Een voorbeeld hiervan zijn de ringsnelwegen rond Milaan, met een vignet in de vorm van de zogenaamde Ecopass. Sinds de invoering ervan in 2008, zijn verkeervolumes met 10% gedaald. Hierdoor is de gemiddelde snelheid omhoog gegaan en is het gebruik van het openbaar vervoer met 8% gestegen.
Mooie cijfers dus, maar dit systeem is zeker niet optimaal. Een beter systeem is de zogenaamde ‘Coarse toll’. Bij een coarse toll wordt er tijdens de piekuren een hoger tarief gebruikt dan tijdens de rest van de dag. Hierdoor zullen weggebruikers sneller geneigd zijn om hun vertrektijd te herzien. De wegen zullen minder druk zijn, en de files korter, aangezien meer mensen de piekuren zullen mijden. Dit systeem wordt sinds 2003 toegepast in London, beter bekend als de London Congestion Charge. De effecten van de tol zijn veel groter dan in Milaan. Het aantal wagens op de wegen rond London is met niet minder dan van 30% gedaald. Bijkomende voordelen zijn dat het aantal verkeersongelukken, natuurlijk omwille van de minder drukke wegen, met 5% is gedaald en het gebruik van openbaar vervoer is met 30% toegenomen.
Tenslotte is er de ‘fine toll’, die op elk moment kan worden aangepast. Dit is het beste tolsysteem omdat hij mee varieert met de spitsuren en de gewenste aankomsttijd van de chauffeurs. Hoe meer mensen wensen om op een bepaald uur aan te komen, hoe duurder de fine toll voor dat moment zal zijn. Indien juist toegepast, zullen files hiermee compleet verdwijnen. Iedereen zal zijn vertrektijd aanpassen tot een evenwicht bereikt is tussen gewenste aankomsttijd en bereidheid tot het betalen van de tol. Voorbeelden hiervan zijn de tolsystemen in Singapore en Stockholm. Als resultaat hiervan zijn er minder lange tot geen files in de spits. Ook is het aantal verkeersongelukken met 10% gedaald en de uitstoot van schadelijke stoffen door het verkeer nam af met zo’n 15%.
Toekomst in België?
Tolsystemen zijn interessant voor steden die te kampen hebben met files. Bij onze zoektocht naar voorbeelden uit andere steden valt vooral de daling in het aantal wagens en dus ook verkeerongelukken op. Onderzoek wees uit dat zelfs een daling van slechts 5 % in het aantal auto’s tijdens de spits de files aanzienlijk vermindert. Maar het effect van een tol kan men nooit met 100% zekerheid voorspellen. Zullen automobilisten hun gewenste tijdstip van aankomen vervroegen of verlaten? Zullen ze toch gebruik maken van het openbaar vervoer – ondanks de tekortkomingen? Zal de congestie opschuiven naar de regionale wegen? Zal er niets gebeuren en is de tol bijgevolg een “verloren kost”?
De opbrengsten van de geheven tol hoeven niet per se gebruikt te worden om de tolwegen te onderhouden. Integendeel, ze kunnen gebruikt worden om openbaar vervoer te opwaarderen of zelfs om projecten te financieren die losstaan van de transportsector. Een tolsysteem zal beter geaccepteerd worden naarmate de opbrengsten zichtbaar worden geïnvesteerd in iets wat de bevolking ten goede komt.
In de zoektocht naar het geknipte tolsysteem in België blijkt al snel dat het heffen van een fine toll op de Belgische wegen praktisch onhaalbaar is op korte termijn. België heeft één van de meest uitgebreide wegennetwerken van Europa en dus lijkt ook het bouwen van tolpoortjes aan de talloze opritten lijkt niet meteen realiseerbaar. Bovendien zijn er bepaalde wegen die weinig of niet met congestie te maken krijgen en waar men dus ook niet onnodig een tol moet gaan heffen. Een tolsysteem rond Brussel en eventueel Antwerpen daarentegen lijkt echter onmisbaar in de toekomst. Hierbij kan inspiratie gehaald worden uit de tolsystemen van London en Stockholm om op zoek te gaan naar het optimale systeem voor Brussel.
Er zijn echter veel mensen van mening dat vrachtwagens voor een groot deel verantwoordelijk zijn voor congestie tijdens de spits. In 2016 gaat men van start met een tol voor vrachtwagens. Daaruit zal blijken of dat een groot deel van de congestie zal oplossen. Voorspellingen maken blijft natuurlijk altijd een beetje koffiedik kijken. Het is zeker dat iets gedaan moet worden aan het congestieprobleem in België. De toekomst zal uitwijzen of de genomen acties ook een stap vooruit betekenen.