Ventilus: Bovengronds op wisselstroom of ondergronds op gelijkstroom? – deel 2


In het eerste deel  van dit artikel hebben we de technische aspecten van het Ventilus project besproken en waarom de voorkeur uitgaat naar de bovengrondse AC-uitvoering. Er resten echter, bij de praktische uitvoering van dit project, nog vragen, waar we in het tweede deel van dit artikel aandacht aan besteden. Wat zijn de gevolgen voor de burgers die langs het traject van de geplande hoogspanningslijn wonen? Voor welke gezondheidsrisico’s wordt er gevreesd en zijn deze bezorgdheden terecht? Wat kunnen Elia en beleidsmakers doen om de omwonenden te ondersteunen?

Gepland traject en reactie van buurtbewoners

Het traject van de Ventilus hoogspanningslijn loopt hoofdzakelijk langs bestaande lijnen, kanalen of snelwegen. Er moet  ongeveer 20 km nieuwe bovengrondse lijn aangelegd worden, zoals zichtbaar op de figuur gemarkeerd door het volle oranje gedeelte. Sinds deze aankondiging volgden er protesten van bewoners in de buurt van de geplande ligging van de hoogspanningslijn. Door deze lijn loopt stroom van een bepaalde magnitude, waardoor een magnetisch veld ontstaat. Omdat het hier om wisselstroom gaat, is dit een wisselend magnetisch veld. Deze velden behoren – in tegenstelling tot UV-straling en gamma-straling –  echter tot het niet-ioniserend deel van het elektromagnetisch spectrum, omdat de frequentie van het net (50 Hz) hiervoor veel te laag is. Toch zijn de hoofdzakelijke beweegredenen voor de protesten de mogelijke gevolgen van deze magnetische velden op de gezondheid van de mens. Magnetische velden van hoogspanningslijnen zijn in het verleden namelijk in verband gebracht met leukemie bij jonge kinderen. Het gaat hier wel enkel om een statistisch verband; een fysische of biologische verklaring is nog niet gevonden. De vraag is dus in hoeverre deze effecten bewezen zijn en bij welke voorwaarden zijn ze van toepassing.

Zijn deze bezorgdheden terecht?

Er zijn meerdere studies uitgevoerd omtrent de langdurige blootstelling (in termen van jaren) van de mens aan magnetische velden. Hieruit volgde slechts één aangetoond statistisch verband, namelijk een verhoogde kans op leukemie bij jonge kinderen. Dit is echter enkel van toepassing bij een langdurige blootstelling aan een veld met een magnetische fluxdichtheid boven een typische waarde van om en bij de 0,4 µT (microtesla). De sterkte van het veld verzwakt echter snel met toenemende afstand tot de hoogspanningslijn en is zoals eerder vermeld afhankelijk van de stroom door de draden en van de layout van de lijn. Zo zijn er dus nog enkele randvoorwaarden voordat er überhaupt een hoger risico aanwezig is. Potentieel zijn er nog andere gevolgen mogelijk, maar hiervoor zijn er geen doorslaggevende wetenschappelijke argumenten. Er is dus grote onzekerheid over de precieze impact van hoogspanningslijnen op de menselijke gezondheid. Volgens professor Dirk Adang (UHasselt & Hoge Gezondheidsraad) die meegewerkt heeft aan het rapport van de Ventilus-intendant,  zijn voorzorgsmaatregelen wel degelijk aangewezen: “Afhankelijk van de specifieke setting en configuratie van de hoogspanningslijn in kwestie (b.v. 380 kV) is het niet denkbeeldig dat men best een afstand – loodrecht op de as van de lijn – van ongeveer 100 m links en rechts bewaart (dus een corridor van 200 m breed vrij laat). Hier kan afhankelijk van de belasting van de hoogspanningslijn misschien nog 20% bijkomen. 

Is een ondergrondse lijn dan zo onschuldig?

Een ondergrondse transmissielijn op gelijkspanning veroorzaakt geen wisselend magnetisch veld en wordt niet in verband gebracht met de besproken gezondheidsrisico’s. Men mag echter niet vergeten dat deze ondergrondse verbinding wel ingrijpende graafwerken met zich meebrengt. Dit maakt het niet evident om hier een traject voor te vinden zonder grote gevolgen voor de omwonenden. Ook moet rekening gehouden worden met de het feit dat er een aantal omvormerstations gebouwd moet worden met een impact op de omgeving. Ook voor de landbouw kunnen ondergrondse lijnen gevolgen hebben. Als er een kabel onder een akker moet gelegd worden, wordt de grond voor een lange periode beschadigd. Daarnaast geven de verliezen in de kabels aanleiding tot opwarming van de bodem met mogelijke beschadiging van gewassen tot gevolg. Uiteraard zijn er ook beperkingen op wat er zich boven deze ondergrondse verbinding mag bevinden van bebouwing of begroeiing. 

Wat zijn de mogelijkheden?

Zoals in het eerste deel van dit artikel beschreven is, blijkt dat de ondergrondse uitvoering veel technische beperkingen heeft en dat gelijkstroom niet voldoet aan alle doelstellingen van het project. Indien omwonenden zich toch nog onveilig voelen of overlast ondervinden door de visuele impact in de buurt van de hoogspanningslijn, kan er bekeken worden hoe deze mensen vergoed kunnen worden. Er zullen maar een beperkt aantal huizen zich in de buurt van de hoogspanningslijn bevinden. Men dient deze compensatie economisch af te wegen tegen de meerkost die een alternatieve DC oplossing zou kosten (5 milliard euro volgens Elia). Dit ligt heel gevoelig en er is goed overleg nodig met de betrokken inwoners.

Wat moet er nu gebeuren?

De Ventilus hoogspanningslijn is noodzakelijk om de productie van offshore windenergie door parken voor de Belgische kust aan land te kunnen brengen en het West-Vlaamse hoogspanningsnet voldoende te versterken. De praktische uitvoering is het pijnpunt van het dossier door de controverse omtrent de mogelijke gezondsheidsimplicaties die het voor buurtbewoners met zich kan meebrengen. Om dus in de toekomst gebruik te kunnen maken van de groene Noordzeestroom, moet er snel een leefbare oplossing bepaald worden die de bezorgdheden van de buurtbewoners verzoent met het Ventilus-project op wisselstroom. De verschillende onderzoeken tot op heden bevestigen dat een oplossing op wisselstroom, waarbij een significant gedeelte van de verbinding bovengronds loopt, de te verkiezenoplossing is. Zoals reeds gezegd, wordt er in het worst case scenario van deze uitvoering best rekening gehouden met een corridor van 240 m breed, waarbinnen een verhoogde kans op kinderleukemie mogelijk is. Het is belangrijk om in kaart te brengen hoeveel gezinnen in deze zone terecht zouden komen om een haalbare oplossing voor te kunnen stellen. Het uitstel door politieke stemmingmakerij en uitstelgedrag resulteert in onzekerheid bij betrokkenen, zowel bij de offshore industrie als bij de West-Vlaming die onzeker is over het traject en de technologiekeuze. Daarom is het van belang om met de nodige empathie en begrip te luisteren naar de betrokken burgers, maar het debat moet ook intellectueel en wetenschappelijk onderbouwd blijven. Wat we nu vaak zien is dat populisme en electoraal gewin het debat kapen, wat niemand vooruit helpt.